Vandaag, maar eigenlijk gisteren, wat zeur ik toch, maar dat is het waarheidsbeginsel dat je parten speelt, want waarom niet vandaag gezegd, maar gisteren dus, was ik in een Weurtse tuin die werkelijk…bijzonder was : 1 hectare groot en in compartimenten door heggen omsloten;
bood zij mij bloemen aan die samengaan met kleuren. En de zilvertuin geheimzinnig daar staan zilverplanten tegen donker dennenbos, waarin een sperwer nestelt en de jongen uitgevlogen zijn dus ik neem aan zijn vrouwtje woont er ook. Een bloementuin en duizendkruid en kattenplant en hosta en duizend namen onbekend.
Herstel, en alles slaapt rondom, ’t is duizendknoop en kattenkruid, alsof dat er toe doet. Jawel, ik hoop toch dat de wereld niet de woorden schudt en dan gestut door kreten leugen schreeuwt?
Kom kom, in poëzie kun je veel doen en is ’t juist goed met namen wat te spelen.
Dus kattenkwaad en duizendschoon groeiden gezamenlijk in de wondertuin.